Angelo Blankespoor (41) uit Den Haag begon ooit met het fotograferen van wedstrijden in het amateurvoetbal, kocht voor zijn vakantie naar Mexico een professionele camera en is nu de clubfotograaf van ADO Den Haag.
Toen Angelo Blankespoor recent een workshop sportfotografie gaf, schoot hij in de lach. De reden? Hij toonde de cursisten de allereerste sportfoto die hij ooit schoot, van een wedstrijd in het amateurvoetbal tussen svLY en HPSV. ,,Die zag er werkelijk niet uit”, lacht hij. ,,Het veld stond er scheef op en de foto was gemaakt van een meter of vijftig, waardoor je de spelers in miniatuurvorm zag. Achteraf gezien vraag je je af hoe je ooit zo’n foto hebt kunnen schieten. Maar ik zeg de cursisten dan ook: kijk, er is voor iedereen nog hoop dat het tóch nog goedkomt.”
Mexico
Daar is de Hagenaar zelf het schoolvoorbeeld van. Jaren na die ‘mislukte’ foto, heeft hij zijn droombaan te pakken. Het begint allemaal ruim twintig jaar geleden, als hij voor een vakantie in Mexico zijn eerste professionele camera koopt. In eerste instantie puur om zelf foto’s te maken.
In werkelijkheid is dit het begin van een loopbaan als fotograaf. Eerst fotografeert Blankespoor van alles en nog wat, maar al snel ontdekt hij de sportfotografie. ,,Dat is mijn passie. Enerzijds omdat ik een sportliefhebber ben en anderzijds vind ik het prachtig dat een sportwedstrijd totaal niet te regisseren is. Je moet telkens op situaties anticiperen en alert zijn.”
Blankespoor begint bij Haaglanden Voetbal met het fotograferen van amateurwedstrijden, maar groeit al snel door. Hij schiet foto’s voor onder meer VI Images, het AD en Soccrates Images. En hij komt als fotograaf ook steeds vaker in het stadion van ADO Den Haag. Vanaf het seizoen 2010-2011 is hij er bij wedstrijden van de Haagse club al geregeld bij.
,,Op momenten dat er twee fotografen nodig waren, werd ik door de club gevraagd. In de loop der jaren heb ik foto’s mogen maken van mooie momenten. Ik noem de hakbal van Martin Hansen tegen PSV of de wereldgoal van Lex Immers in de mist tegen FC Utrecht. Dat zijn momenten die me wel altijd bijblijven.”
Maar toch, hij is al die jaren niet de vaste fotograaf bij de club waarvan hij al van kinds af aan supporter is. Dat verandert in januari, als hij een belletje krijgt van ADO-clubfotograaf Laurens Lindhout, die hem vraagt hem op te volgen. ,,Hij vroeg: ben je er klaar voor? Toen heb ik met een volmondige ‘ja’ geantwoord. Dit is voor mij zo’n eervolle baan, die kon ik niet laten liggen.”Band met spelers
Band met de spelers
Vanaf dat moment is Blankespoor de vaste fotograaf van de Haagse club. Hij is overal bij, van wedstrijden tot spelerspresentaties en maatschappelijke evenementen van de club. Het maakt dat hij een band opbouwt met veel mensen binnen de club. En dus ook met spelers, die hem regelmatig weten te vinden voor foto’s.
,,Niet allemaal, hoor. Maar er zijn genoeg spelers die me tijdens de wedstrijd goed in de gaten houden, om mooi op de foto te staan. En na de wedstrijd ga ik het veld op en maak ik foto’s. De spelers springen je na een winstpartij dan nog net niet in de armen. Daar kan ik wel van genieten.”
In het half jaar dat hij nu als vaste clubfotograaf werkzaam is, maakt hij al de nodige dingen mee. Van uitgevallen lichtmasten en een weggewaaid dak tot de dramatisch verlopen play-offfinale tegen Excelsior. Stuk voor stuk momenten die zich lenen voor memorabele foto’s.
Dani Ebben
,,Maar mijn meest bijzondere is de foto die ik heb gemaakt van Dani Ebben, met de spelers. Ik kreeg op de avond voordat hij overleed nog een appje met de vraag of hij de foto mocht hebben. Als ik daar aan terugdenk, kan het me nog altijd raken. Qua foto was het niet eens zo bijzonder, maar alles eromheen maakt dit mijn meest speciale.”
Blankespoor geniet van zijn baan en is voorlopig niet van plan het stokje alweer door te geven. Sterker nog: als het aan hem ligt, gaat hij zo lang mogelijk door. ,,Dit is mijn droombaan. Ik heb foto’s gemaakt bij verschillende Champions League-wedstrijden, maar als het puntje bij paaltje komt, dan fotografeer ik toch liever Thomas Verheydt dan Kylian Mbappé.”