‘Ik blijf erbij, voetbal hoort op echt gras, zeker bij ADO’

Met veel bombarie en verontwaardiging stapte ADO Den Haag tijdens dit seizoen noodgedwongen over op kunstgras. Nu het einde van de competitie nadert en de Hagenaars zondag tegen AZ voor het laatst de nepsprieten betreden, lijkt ADO helemaal gewend aan de nieuwe mat. Verdediger Tom Beugelsdijk: ‘Ik blijf erbij: voetbal hoort op gewoon gras, zeker bij ADO. Maar dit vind ik zowaar een lekker veldje.’

Zijn geliefde slidings maakt Beugelsdijk nog altijd. ‘Kan prima. Zeker als het veld goed nat is. Ik heb wel eens een flinke schaafwond, maar dat heb ik op echt gras ook. Ik snap dat mensen mij geen type vinden voor kunstgras. Wenden, keren. Niet mijn sterkste punt, maar het gaat steeds beter. Ik heb ook heel mijn jeugd op straat gevoetbald hoor. Ik hoef niet altijd een modderveld te hebben.’

Uit financieel oogpunt ging ADO over op kunstgras. Eigenlijk vanaf volgend seizoen, maar door grote problemen met de oude echte grasmat dus al in oktober. Een aanpassing aan de onderlaag (alvast voor het WK hockey) vorig jaar zomer bleek funest. De regen kon niet meer weg. Noodmaatregelen maakten het alleen maar erger, met een belachelijk slecht veld tegen Vitesse als gevolg.

De eerste wedstrijd op de nieuwe mat won ADO verrassend met 3-2 van FC Twente. Misschien dat die overwinning direct wat scepsis over kunstgras wegnam bij supporters. ‘Dat heeft wellicht een rol gespeeld’, zegt Dennis de Bruijn van de supportersvereniging. ‘Al ken ik wel jongens die hun seizoenkaart hebben opgezegd vanwege het kunstgras. Het hóórt niet bij ADO.’

En trainer Henk Fraser? Loopt er in zijn kamer wel eens een speler binnen die het kunstgras spuugzat is? ‘Ik hoor niemand klagen. Kunstgras maakt het voetbal in Nederland vanzelfsprekend wel anders. Er is minder fysieke strijd. Maar ach, onze scheidsrechters krijgen toch al de opdracht om te fluiten zodra er een mannelijk duel dreigt te ontstaan. Tja, dan maakt het ook niet meer uit of je op kunstgras speelt.’

Oud-ADO’er Jens Toornstra verloor vorige maand met FC Utrecht op de Haagse mat. Zijn Franse ploeggenoot Matthieu Delpierre had nog nooit in zijn leven op kunstgras gespeeld. Toornstra: ‘Tijdens de warming-up zag ik hem naar het veld kijken van: wat is dit in hemelsnaam?’ Prompt maakte de verdediger later een beslissende fout. ‘Dat zullen we maar toeval noemen’, zegt Toornstra. ‘ADO en ook de andere clubs met kunstgras (SC Cambuur, PEC Zwolle en Heracles) trainen dagelijks op die mat. Natuurlijk is dat een voordeel, maar helaas wordt kunstgras steeds gangbaarder. Ik ben er geen fan van, maar je went er wel aan.’

Tekst : AD